Amélie
4 June 2024
(c) Bryapro

Wat me nog banger maakt dan de opwarming van de aarde is de ontmenselijking van de samenleving“. Zo vertolkt Amélie vandaag haar angst voor de toekomst. Maar deze jonge vrouw van 26 blijft niet bij de pakken zitten. Ze heeft net haar master in Bevolkings- en Ontwikkelingswetenschappen aan de ULB en een stage bij de ngo Solsoc afgerond. In afwachting van de voltooiing van haar proefschrift werkt ze in een biologische kruidenierswinkel.

Ze woont sinds kort in de gemeente Schaarbeek, en heeft altijd in België gewoond (drie jaar in 1000 Brussel en daarvoor in Waals-Brabant), maar Amélie sluit niet uit dat ze ooit naar het buitenland zal verhuizen…

Hoe dan ook is deze vastberaden jonge vrouw door haar professoren erg bewust gemaakt van de problematiek van de transitie en van de burgerparticipatie. Toen ze de brief met de uitnodiging om deel te nemen aan de Burgerraad voor het Klimaat ontving, wist ze dat dit een kolfje naar haar hand was. De verwachtingen waren dus hooggespannen. Wat vindt ze achteraf van haar ervaring? Ze waardeert de verstrekte informatie, de ontmoetingen met de verschillende actoren van de voedingssector en de moderatie van de debatten. Wat ze betreurt: enkele stereotypen die tijdens de gesprekken moeilijk te doorbreken waren, de haast op het eind van het proces om tot aanbevelingen te komen en misschien een gebrek aan radicalisme van bepaalde maatregelen.

Vandaag is ze samen met andere deelnemers lid van het begeleidend comité van de 2de cyclus, dat overlegt met de besturen en met de leden van de regering die op de voorstellen van het burgeradvies moeten antwoorden. Een “coherentie” en een logisch verlengstuk van haar engagement. Amélie verwacht veel meer van de regering dan de informatie die 3 maanden na de indiening van de aanbevelingen werd verstrekt. Ze was aanwezig op het feedbackevenement voor de 1ste cyclus, om van gedachten te wisselen met het eerste begeleidend comité: “de eerste cyclus heeft de uitdaging van zijn enorme thema goed aangepakt. 80 voorstellen, dat is te veel om elk voorstel goed te kunnen uitvoeren (…), maar de regering blijft te vaag over de vraag of ze wel of niet echt zullen worden uitgevoerd.” Ze hoopt dat het begeleidend comité van de 2de cyclus, waarvan ze deel uitmaakt, heel direct met de verschillende besturen zal kunnen praten. Reken maar dat zij en haar collega’s druk zullen uitoefenen!